Het stikstofgat is een inmiddels bekend fenomeen, dat ook op deze site ook regelmatig aan de orde komt. Over het fosfaatgat gaat het minder vaak.  Uit analyse van een kleine 150 balansen van staldierbedrijven bleek dat bij volledige afvoer van de mestproductie gemiddeld 3,5% fosfaat minder werd afgevoerd dan er werd geproduceerd. Dit lijkt misschien niet veel, toch is het een factor van belang. Zeker als dit zich  jaar na jaar voordoet.

fosfaatgat
Officieel bestaat er niet zoiets als het fosfaatgat. In de praktijk zien we het regelmatig

Wat is het fosfaatgat?

Om deze vraag te beantwoorden nemen we een varkensbedrijf met geen of weinig grond als voorbeeld. Alle mest wordt afgevoerd van het bedrijf. De geproduceerde hoeveelheid fosfaat die wordt berekend in de stalbalans, wordt echter niet teruggevonden in de afvoer van mest naar derden en de voorraadmutatie. Hierdoor voldoet het bedrijf niet aan de verantwoordingsplicht. Het bedrijf komt fosfaat tekort: het fosfaatgat.

Waarom is het niet zo bekend?

Zoals hierboven al aangegeven, komt het fosfaatgat  in de praktijk vaker voor. Het is misschien niet zo groot en dat betekent dat het soms ook eenvoudig (tijdelijk) opgelost kan worden zodat het zich niet manifesteert, bijvoorbeeld door:

  1. Men verhoogt de eindvoorraad op papier. Hiermee schuift men het probleem echter slechts voor zich uit. Het probleem wordt elk jaar groter.
  2. Ditzelfde geldt ook voor de introductie van een zogenaamde bezinklaag in de mestopslag. De normen die hiervoor gebruikt worden zijn erg hoog en slechts gebaseerd op een beperkt aantal waarnemingen. Door het opnemen van een bezinklaag wordt het tekort voor het betreffende jaar opgeheven, maar let op dat de bezinklaag niet te groot wordt ingeschat;
  3. Men ‘lost’ het voorraadprobleem op door een eenmalige actie die buiten de wet omgaat. Dit is een oplossing die niet kan en niet mag, maar onder druk van hoge boetes of optie 1 wel voorkomt;
  4. Men geeft de daadwerkelijke eindvoorraad op en accepteert de consequenties.

 

Wat zijn die consequenties?

Die consequenties volgen in de vorm van een opgelegde boete wegens het niet voldoen aan de verantwoordingsplicht. Momenteel loopt een concrete casus die precies hierover gaat. Daarbij draait het om de vraag in hoeverre de rechter oordeelt dat de betrokken veehouder aannemelijk heeft kunnen maken dat hij aan alle regels en voorwaarden van de wet heeft voldaan.

En dan?

Artikel 14, eerste lid, van de Meststoffenwet stelt dat het aan de veehouder is om de hoeveelheid fosfaat, respectievelijk stikstof in de aangevoerde, geproduceerde en afgevoerde mest te verantwoorden. De veehouder in deze casus kan  aannemelijk maken dat hij alle geproduceerde mest heeft afgevoerd of in opslag heeft. Om gelijk te krijgen in deze zaak moet de rechter er dus van worden overtuigd dat de veehouder aan alle regels en voorwaarden heeft voldaan, maar er toch een verschil – tussen de hoeveelheid fosfaat die is afgevoerd en de hoeveelheid fosfaat die is aangevoerd – overblijft. Als de rechter hierin mee gaat, geeft hij impliciet aan dat er zoiets bestaat als een fosfaatgat. De rechter kan ook een veilige optie kiezen en puur op basis van juridische argumenten oordelen dat niet aan artikel 14, eerste lid is voldaan en er daarmee terecht een boete is opgelegd. Binnenkort uitspraak: dan weten we meer.