De Nederlandse Voedsel- en Warenautoriteit heeft aangegeven in de week van 9 november te starten met controles op het verplicht inzaaien van een vanggewas na de oogst van de maïs. Maïstelers op zand- en lössgrond zijn verplicht om na de maïsoogst een vanggewas n te zaaien en dit in ieder geval tot 1 februari 2016 op het land te laten staan. Het zaaien van een vanggewas na maïs is bedoeld om uitspoeling van stikstof in het najaar en de winter te voorkomen. Dit moet bijdragen aan de realisatie van de nitraatrichtlijn op de zogenaamde uitspoelingsgevoelige grondsoorten.
De regels voor het telen en vernietigen van een vanggewas zijn:
- Het vanggewas moet direct na de oogst van maïs worden geteeld. Dit mag via onderzaai in de maïs of via zaaien na de oogst van de maïs.
- Het vanggewas mag niet worden vernietigd voor 1 februari van het daaropvolgende jaar.
Niet alle gewassen zijn toegestaan als vanggewas na maïs. De toegestane vanggewassen zijn:
- bladkool
- bladrammenas
- gras
- japanse haver
- triticale
- wintergerst
- winterrogge
- wintertarwe
Wie na maïs (op zand- en lössgrond) geen vanggewas teelt, is in overtreding. Hierop gaat de NVWA dus de komende periode controleren. De NVWA stelt bij niet voldoen niet alleen een boete in het vooruitzicht, maar ook een randvoorwaardenkorting.
Klik hier voor het persbericht van de NVWA.