Aanmelden vrijstelling AMvB grondgebondenheid

Met de vrijstelling AMvB grondgebondenheid mag het gehele melkveefosfaatoverschot worden verwerkt. Met andere woorden een bedrijf hoeft geen extra grond te verwerven of de fosfaatproductie van het melkvee te beperken om aan de AMvB grondgebondenheid te voldoen. Voorwaarden voor vrijstelling Bedrijven kunnen gebruik maken van de vrijstelling AMvB grondgebondenheid wanneer het bedrijf voldoet aan de volgende voorwaarden: Het bedrijf meldt zich voor 1 februari 2016 aan voor de vrijstelling Het bedrijf stuurt voor 1 februari 2016 bewijsstukken op waarmee het bedrijf aantoont dat het bedrijf  voor 30 maart 2015 financiële verplichtingen is aangegaan om het volledige melkveefosfaatoverschot te laten verwerken. Het bedrijf kan binnen 3 maanden na afloop van het kalenderjaar aantonen dat het bedrijf het volledige melkveefosfaatoverschot heeft laten verwerken door degene met wie het bedrijf de financiële… Lees meer

Lees verder

Tabellen Meststoffenwet per 1 januari 2016 aangepast

Voor het kalenderjaar 2016 zijn een aantal wijzigingen aangebracht in de tabellen en normen die gebruikt moeten worden in het kader van het voldoen aan de verplichtingen van de Meststoffenwet (zie deze publicatie in de Staatscourant). De tabellen zijn aangepast vanwege bijstellingen voor het kalenderjaar 2016 in de Uitvoeringsregeling Gebruik meststoffen en de Uitvoeringsregeling Meststoffenwet. Zo zijn per 1 januari een aantal diergebonden mestproductie- en excretienormen  aangepast. Hetzelfde geldt voor een aantal mestcodes en gehalten van stikstof en fosfaat in dieren. Het betreft dan wijzigingen van respectievelijk tabel 4, 5a en 7. De meest opvallende wijzigingen zijn de verlaging van de stikstofcorrectienormen (varkens, kippen, kalkoenen, pekingeenden, nertsen), het samenvoegen van een aantal diercategoriëen (opfokzeugen en -beren),… Lees meer

Lees verder

mestverwerkingsplicht 2016; leren van 2015 (?)

Nu het jaar 2015 is afgesloten, moet elke veehouderij met een fosfaatoverschot de verwerkingsplicht voor 2015 hebben geregeld. Het lijkt alsof dit ook wel is gelukt. Maar met het stijgen van de verwerkingspercentages wordt het wel elk jaar wat spannender. Bovendien leidt de regelgeving omtrent de invulling van de verwerkingsplicht, onder andere door het grote aantal opties als VVO, 3PO of DPO, MVO, code 61, uitruilen en RMO nog wel eens tot verwarring en onduidelijkheid. Zo kwam de Rijksdienst Voor Ondernemend Nederland (RVO) eerder dit jaar met een ‘waarschuwing’ over de hoeveelheid mest die werd verwerkt onder opmerkingscode 61. Deze code mag alleen ingevuld worden als een mesttransport direct vanaf het boerenerf wordt verwerkt… Lees meer

Lees verder

Op naar 2016!

Het is een goede gewoonte om op de grens van het oude jaar en het nieuwe jaar  even achteruit en wat uitgebreider vooruit te kijken. Een jaar geleden, omstreeks deze periode van het jaar, besloten we bij Optimus advies om de website mestboete.nl te lanceren: Het moest een onafhankelijk platform worden waarop we actuele ontwikkelingen op het gebied van de Meststoffenwet en onze ervaringen en werkzaamheden in de dagelijkse adviespraktijk wilden delen. Nu, ruim een jaar later,  kijken we terug op misschien wel een van de meest enerverende jaren op het gebied van het mestbeleid, de Meststoffenwet en  mestboetes. Er is veel nieuwe regelgeving ontwikkeld, aangekondigd, aangepast, ingevoerd of aangescherpt. Daarnaast is er veel op basis van vigerende regelgeving gecontroleerd. In de gevallen dat dit leidde… Lees meer

Lees verder

Aanmelden fosfaatverrekening voor 31 december

Agrarisch ondernemers die dierlijke mest gebruiken op bouwland en daarbij te veel fosfaat hebben gebruikt, kunnen dit compenseren. Dit compenseren wordt fosfaatverrekening genoemd. Wie in aanmerking wil komen voor deze compensatieregeling, moet dit uiterlijk 31 december 2015 hebben gemeld via  de site van RVO. Binnen de compensatieregeling kan  niet meer dan 20 kilogram per hectare bouwland worden gecompenseerd. Dit compenseren moet bovendien in 2016 gebeuren. Dat betekent dat in 2016 per ha bouwland,  20 kg fosfaat per ha minder mag worden aangevoerd dan de gebruiksnorm voor fosfaat. Het is niet toegestaan om het nog een jaar door te schuiven. Wordt de in 2015  teveel aangevoerde fosfaat niet gecompenseerd in 2016 dan vervalt de compensatieregeling… Lees meer

Lees verder

Aanvullende gegevens 2015 doorgeven

RVO vraagt jaarlijks aan een aantal agrarisch ondernemers en intermediairs om aanvullende gegevens aan te leveren. De bedrijven die dit aangaat hebben onlangs bericht ontvangen. De opgave van deze Aanvullende gegevens moet vóór 1 februari 2016 gebeuren. Het formulier voor het doorgeven van de aanvullende gegevens vanaf woensdag 16 december beschikbaar op mijn RVO. In de toelichting bij het formulier wordt bij de bepaling van de eindvoorraad mest dit jaar in de toelichting gewezen op een aantal zaken. Hier lichten we er twee van uit: Gehalten gehaltes in eindvoorraad dierlijke mest Bij het bepalen van het stikstof- en het fosfaatgehalte in de mest wordt gesteld dat gebruik kan worden gemaakt van… Lees meer

Lees verder

Mestverwerkingspercentages 2016 (en 2017)

Door middel van een brief gericht aan de Tweede Kamer heeft Staatssecretaris Van Dam de percentages  van het fosfaatoverschot dat veehouders in 2016 verplicht moeten verwerken bekend gemaakt. Deze percentages hebben betrekking op dat deel van de geproduceerde fosfaat die niet op een bedrijf zelf kan worden geplaatst dat verplicht moet worden verwerkt of verplicht moet laten verwerken. Doel van deze verplichting is om mestverwerking en -export een collectieve verantwoordelijkheid te maken en daarmee meer rust op de binnenlandse mestmarkt te scheppen. Met betrekking tot de benodigde hoogte van deze percentages had de Commissie Deskundigen Meststoffenwet (CDM) eerder dit jaar een advies uitgebracht. In dit advies was een behoorlijke stijging van de percentages voorzien. Vanuit de… Lees meer

Lees verder

Interne mesttransporten en verantwoordingsplicht

De Meststoffenwet (hierna: Msw) stelt dat van elk vervoer van dierlijke mest een vervoersdocument (hierna: VDM) moet worden opgemaakt. Op die verplichting geldt een uitzondering voor transporten van dierlijke meststoffen binnen een bedrijf. Dit betekent niet dat er geen administratie hoeft te worden bijgehouden van dergelijke transporten. Zeker bij complexere bedrijfsstructuren of externe opslagen is het van belang te kunnen voldoen aan de verantwoordingsplicht (artikel 14 van de Msw). Met die achtergrond kan bijvoorbeeld een duidelijke omschrijving op de factuur voor dergelijke transporten, verhelderend werken. Al is het maar om een procedure zoals hieronder is beschreven te voorkomen. Deze procedure, waarin het CBb (hierna: het College) onlangs uitspraak deed, betrof een… Lees meer

Lees verder

Vervallen vervoersdocument mest

Veehouders die op hun bedrijf meer dierlijke mest (in termen van stikstof of fosfaat) produceren dan geplaatst kan worden op de grond die bij het bedrijf hoort, worden geacht dat deel van hun mestproductie volgens de daarvoor opgestelde procedures af te voeren naar derden. Hiervoor moet een erkend intermediair worden ingeschakeld, die beschikt over de voorgeschreven AGR/GPS en weeg- en monstername apparatuur, de relevante meldingen doet, het monster neemt, dit monster ter analyse aanbiedt aan een erkend laboratorium, voor de verzending van het papierwerk zorg draagt en uiteraard de mest vervoert van producent naar afnemer. Soms gaat het daarbij mis. De vraag is dan tot hoe ver in dit proces… Lees meer

Lees verder

Wijzigingen naar aanleiding van knelpunten graszaadsector

De graszaadsector heeft een aantal knelpunten voor de sector die voortvloeien het Uitvoeringsbesluit Meststoffenwet van 2 juli 2014 aangekaart bij de staatssecretaris. Die heeft deze knelpunten voorgelegd aan de Commissie Deskundigen Meststoffenwet (hierna: CDM) voor advies. Op basis van het CDM advies wordt één herstelmaatregel direct doorgevoerd en twee andere maatregelen zullen worden doorgevoerd, mits de Europese Commissie ook van mening is dat daarmee geen afbreuk plaatsvindt aan de doelen van het vijfde Nederlandse actieprogramma Nitraatrichtlijn. Een overzicht: Latere gift van stikstofkunstmest Het eerste punt betreft de stikstofkunstmestgift in september/oktober op overjarig rietzwenkgras dat wordt geteeld voor de zaadwinning. Mede op basis van het advies van de CDM zal het per 1 januari 2016 mogelijk worden in de graszaadteelt van… Lees meer

Lees verder