In uw voordeel bijgesteld…

Bij de beoordeling of een bedrijf voldoet aan de gebruiksnormen past RVO bij sommige posten bijstellingen toe in het voordeel van het bedrijf. De afvoer van dierlijke mest is zo’n post. In het toelichtend rapport bij de (boete)berekening wordt dan bijvoorbeeld gesteld: ‘De post ‘afvoer’ heb ik berekend aan de hand van de Vervoersbewijzen dierlijke meststoffen waarbij u als leverancier staat geregistreerd. RVO heeft deze post in uw voordeel bijgesteld’. Dat is mooi! Toch is het van belang na te gaan op basis van welke gegevens een correctie is berekend. Ter illustratie onderstaand voorbeeld van een vleesvarkensbedrijf. Voor het gemak is aangenomen dat de mutatie van voorraadposten voer, dieren (netto) nul  is geweest, het bedrijf niet beschikt over grond en de eindvoorraad… Lees meer

Lees verder

Verwijtbaarheid bij overschrijding van de gebruiksnormen

Regelmatig wordt in procedures rond de overschrijding van de gebruiksnormen een beroep gedaan op schuld en verwijtbaarheid: Er is weliswaar sprake van een overschrijding van de gebruiksnormen, maar dit kan niet worden aangemerkt als verwijtbaar: ‘de gehalten in de aangevoerde mest vielen hoger uit dan gedacht’ of juist ‘de gehalten in de afgevoerde mest vielen lager uit dan verwacht’. Gevoelsmatig en bezien vanuit de praktijk volledig te begrijpen, maar de rechter zal er ongevoelig voor zijn. Een belangrijk uitgangspunt binnen de Meststoffenwet (hierna: Msw) is de verantwoordingsplicht. Artikel 7 van de Msw stelt dat het verboden is om meststoffen op of in de bodem te brengen. In artikel 8 van… Lees meer

Lees verder

Mestanalyses niet betrouwbaar? Moeilijke zaak….

Een argument dat vaak door veehouders wordt aangevoerd in hun verweer tegen een opgelegde mestboete, is dat de analyseresultaten van de van het bedrijf afgevoerde mest niet betrouwbaar zijn. Ondanks deed de rechter uitspraak in een zaak waarin een veehouder dit argument aanvoerde (ECLI:NL:RBMNE:2015:347). Hij onderbouwde zijn argument met de resultaten van analyses die hij had laten uitvoeren van een door hem zelf genomen monster. Hij had deelmonsters genomen van het monster en deze opgestuurd naar verschillende laboratoria. Uit de resultaten kwamen grote verschillen naar voren. Als er verschillende analysewaarden uit één monster komen, zo stelde hij, dan is de bepaling van de gehalten aan fosfaat en stikstof in de door hem afgevoerde mest ook niet… Lees meer

Lees verder

Nieuwe forfaitaire normen voor mest

Op de website van RVO.nl zijn de nieuwe forfaitaire normen voor de verschillende mestsoorten gepubliceerd. Ten opzichte van 2014 zijn de normen aangepast voor vrijwel alle mestcodes van de diersoorten rundvee, kippen, varkens, geiten, schapen, nertsen en eenden. Een paar voorbeelden: mestcode 41: gier en filtraat na mestscheiding (varkens): 2014: 3,9 kg stikstof en 1,1 kg fosfaat per ton 2015: 1,4 kg stikstof en 0,9 kg fosfaat per ton mestcode 10: vaste mest (rundvee) 2014: 6,3 kg stikstof en 3,7 kg fosfaat per ton 2015: 7,7 kg stikstof en 4,3 kg fosfaat per ton mestcode 33: mestband + nadroog (kippen) 2014: 35,1 kg stikstof en 28,1 kg fosfaat per ton… Lees meer

Lees verder

Niet genoeg monster: forfaitaire gehalten

Sinds 1 januari 2015 is een nieuw analyseprotocol dierlijke mest (AP05: Uitvoeringsregeling Meststoffenwet artikel 80 en 81) voor  laboratoria van kracht. Naast aanpassingen op laboratoriumtechnisch gebied, worden er ook strengere eisen gesteld aan de mestmonsters die wel of juist niet in behandeling mogen worden genomen. In het nieuwe AP05 wordt gesteld dat een laboratorium een monsterverpakking waarin te weinig monster zit niet meer in behandeling mag nemen. De bijbehorende vracht mest wordt dan op forfaitaire basis afgerekend (klik hier voor een artikel uit Nieuwe oogst). Kort samengevat betekent dit het volgende: Minimum hoeveelheid monster Vloeibare mestmonsters die minder dan de voorgeschreven 650 ml bevatten, mogen niet geanalyseerd worden en worden… Lees meer

Lees verder

Geen groei, toch extra mest verwerken door de Melkveewet

Er is de afgelopen periode al het nodige gezegd en geschreven over de Wet verantwoorde groei melkveehouderij (de Melkveewet). Hoewel een aantal kernelementen van de Wet nog nader zullen worden uitgewerkt in een AMvB die pas later dit jaar bekend wordt en RVO hier en daar nog een foutje uit de berekeningen van de melkveefosfaatreferentie moet halen, is de kern van de Wet duidelijk: een melkveehouder die in de toekomst zijn bedrijf uit wil breiden moet deze uitbreiding compenseren door meer grond in zijn bedrijf te brengen of de extra geproduceerde mest volledig te verwerken. Het referentiepunt daarvoor is de zogenaamde melkveefosfaatreferentie. Is het overschot op het bedrijf groter dan deze  melkveefosfaatreferentie, dan moet de… Lees meer

Lees verder

Per 1 april 2015 AGR/GPS op vrachtauto verplicht bij vervoer vaste mest

  Bij het aan- en afvoeren van meststoffen dient volgens de Meststoffenwet van elke vracht het stikstofgehalte en fosfaatgehalte te worden bepaald. Deze bepaling vindt plaats door weging, bemonstering en analyse  van de betreffende vracht door de vervoerder. De uitkomst van de bemonstering is voor de aan- en afvoerende partij van belang voor zijn/haar verantwoordingsplicht in het kader van de gebruiksnormen. In het verleden is al veel gezegd over de autonome of bewust gecreëerde onnauwkeurigheid van deze bepaling (het verschil tussen hetgeen op papier en wat in werkelijkheid wordt aan- of afgevoerd). Hierbij ging het recentelijk vooral over de gehalten bij de afvoer van vaste mest na mestscheiding. Met de komst van de verwerkingplicht werd deze stroom… Lees meer

Lees verder

Het begrip ‘redelijke beslistermijn’

Op 3 november 2014 deed de Rechtbank Overijssel uitspraak in het beroep dat door een veehouder was ingesteld naar aanleiding van een door RVO aan deze veehouder opgelegde boete voor het overschrijden van de gebruiksnormen in de Meststoffenwet (hierna: Msw). Interessant aan deze casus is dat de Rechtbank in haar uitspraak ingaat op het begrip redelijke beslistermijn. Bij besluit van 22 juli 2009 (het primaire besluit) heeft RVO aan de veehouder,  voor het jaar 2007 een bestuurlijke opgelegd voor een bedrag van € 45.000,- wegens het overschrijden van de gebruiksnormen in de Meststoffenwet.  Bij besluit van 21 november 2013 (het bestreden besluit) heeft RVO  het boetebedrag bijgesteld naar € 20.403,50. De veehouder… Lees meer

Lees verder