Nog steeds problemen met de hoeveelheid mestmonster…

We hebben op mestboete.nl al eerder aandacht besteed aan problemen met de minimale hoeveelheid mestmonster waaruit een monster moet bestaan. Sinds dit jaar geldt de regel dat wanneer een monster minder dan  650 gram bevat, het betreffende monster door het laboratorium niet verder voor analyse in behandeling mag worden genomen. De betrokken vracht mest wordt dan op basis van forfaitaire gehalten afgehandeld. In eerste instantie deden deze problemen zich vooral voor bij droge vaste fracties van mest vooral na mestscheiding. Dit probleem lijkt te zijn opgelost, sinds alternatieve (grotere) monsterverpakkingen beschikbaar zijn gekomen. De problemen met te lage hoeveelheid monster die wordt aangeboden doen zich op dit moment vooral voor bij monsters van dunne mest. De laboratoria geven aan dat ze  te maken hebben… Lees meer

Lees verder

Regels en verplichtingen voor houders van hobbydieren

De normen en verplichtingen van de Meststoffenwet gelden alleen voor bedrijfsmatig gehouden dieren. Bedrijfsmatig wil in dit kader zeggen: dieren gehouden voor ‘gebruiks- of winstdoeleinden’. Dieren die louter om hobbymatige redenen of als gezelschapsdier of voor educatieve doeleinden (zoals dierentuinen en kinderboerderijen) worden gehouden vallen niet onder bedrijfsmatig gehouden dieren. Voor de houders van deze dieren gelden dan ook niet de administratieve verplichtingen van de Meststoffenwet. Zo hoeft bijvoorbeeld een hobbydierhouder bij de afvoer van mest bijvoorbeeld geen Vervoersdocument Dierlijke Mest (VDM) in te vullen. Al eerder hebben we op deze site aandacht besteed aan hobbydieren op het agrarische bedrijf. Maar hoe zit het met de verplichtingen van hobbydierhouders? En,… Lees meer

Lees verder

Een reststof of een meststof?

Een akkerbouwer kreeg onlangs van de politierechter een boete van 750 euro opgelegd, waarvan 500 euro voorwaardelijk, voor het storten van uienafval op een perceel van een collega. De akkerbouwer was het niet eens met het schikkingsbedrag van 700 euro dat hem in deze aangelegenheid was voorgelegd en liet de zaak voor de rechter komen. Normaal strooide de akkerbouwer de uienresten uit over zijn eigen land. Maar wanneer zijn land te nat was, mocht hij het uienafval ook op het perceel van een collega verspreiden. Daar had hij toestemming van zijn collega voor. Dat de akkerbouwer ondanks deze toestemming toch een boete kreeg lijkt merkwaardig. Uien, maken immers deel uit van de lijst van… Lees meer

Lees verder

Mineralenconcentraten: dierlijke mest of kunstmest(vervanger)?

Mineralenconcentraten zijn producten uit mestverwerkingsinstallaties die ontstaan wanneer de dunne fractie na mestscheiding verder wordt behandeld door middel van ultrafiltratie (of gelijkwaardige technieken), gevolgd door omgekeerde osmose. Hierbij ontstaan een waterige fractie en een fractie met de mineralen: het mineralenconcentraat. Mineralenconcentraten bevatten mineralen die op zich prima geschikt zouden zijn om als stikstof-kali meststof te worden toegediend aan landbouwgewassen. Nu steeds meer mest wordt verwerkt, zou het kunnen dat meer aanbod van mineralenconcentraat ontstaat. De vraag is echter: waar moet je met de mineralenconcentraten naar toe: De Nitraatrichtlijn (91/676/EEG) staat niet toe dat mineralenconcentraat als kunstmestvervanger wordt aangemerkt omdat dierlijke mestproducten niet voldoen aan de technische productspecificaties die worden opgelegd in… Lees meer

Lees verder

Groei melkveehouderij alleen met extra grond

Melkveebedrijven moeten hun grondgebonden karakter behouden en versterken. Dat schrijft staatssecretaris Dijksma van Economische Zaken in een brief aan de Tweede Kamer waarmee ze de algemene maatregel van bestuur (AMvB) grondgebondenheid aanbiedt. Dat betekent dat melkveebedrijven die uitbreiden dat voor een deel moeten baseren op meer grond. De AMvB is onderdeel van de  Wet verantwoorde groei melkveehouderij die op 1 januari 2015 van kracht is geworden. Deze wet bepaalt dat bij Algemene Maatregel van Bestuur (AMvB) beperkingen zullen worden gesteld aan de mogelijkheid om grondloos te groeien. De invulling daarvan staat beschreven in de brief van de staatssecretaris. De AMvB heeft tot doel te borgen dat uitbreiding in de melkveehouderij tenminste gedeeltelijk grondgebonden plaatsvindt. Melkveebedrijven… Lees meer

Lees verder

Aanmelden pilot bedrijfsspecifieke fosfaat gebruiksnorm

In een eerder bericht is al aangekondigd dat de pilot bedrijfsspecifieke fosfaatgebruiksnorm ook in 2015 weer van kracht zou worden. Melkveehouders die aantoonbaar meer opbrengst hebben dan gemiddeld en daarmee meer fosfaat aan de bodem onttrekken, moeten ook meer fosfaat kunnen bemesten. Inmiddels is ook de aanmeldingstermijn opgesteld.  Per jaar wordt de pilot beperkt opengesteld voor deelname, dit jaar loopt die tot 22 maart 2015 en voor maximaal 100 (nieuwe) deelnemers. Wie mee wil doen moet wel aan een aantal voorwaarden voldoen: Beschikken over drie jaar kringloopwijzergegevens. Bij opgave van onjuiste gegevens wordt er geen ontheffing verleend of volgt intrekking van de ontheffing BEP. Voor deelname wordt, na het verstrekken van… Lees meer

Lees verder

Nieuwe forfaitaire normen voor mest

Op de website van RVO.nl zijn de nieuwe forfaitaire normen voor de verschillende mestsoorten gepubliceerd. Ten opzichte van 2014 zijn de normen aangepast voor vrijwel alle mestcodes van de diersoorten rundvee, kippen, varkens, geiten, schapen, nertsen en eenden. Een paar voorbeelden: mestcode 41: gier en filtraat na mestscheiding (varkens): 2014: 3,9 kg stikstof en 1,1 kg fosfaat per ton 2015: 1,4 kg stikstof en 0,9 kg fosfaat per ton mestcode 10: vaste mest (rundvee) 2014: 6,3 kg stikstof en 3,7 kg fosfaat per ton 2015: 7,7 kg stikstof en 4,3 kg fosfaat per ton mestcode 33: mestband + nadroog (kippen) 2014: 35,1 kg stikstof en 28,1 kg fosfaat per ton… Lees meer

Lees verder

Niet genoeg monster: forfaitaire gehalten

Sinds 1 januari 2015 is een nieuw analyseprotocol dierlijke mest (AP05: Uitvoeringsregeling Meststoffenwet artikel 80 en 81) voor  laboratoria van kracht. Naast aanpassingen op laboratoriumtechnisch gebied, worden er ook strengere eisen gesteld aan de mestmonsters die wel of juist niet in behandeling mogen worden genomen. In het nieuwe AP05 wordt gesteld dat een laboratorium een monsterverpakking waarin te weinig monster zit niet meer in behandeling mag nemen. De bijbehorende vracht mest wordt dan op forfaitaire basis afgerekend (klik hier voor een artikel uit Nieuwe oogst). Kort samengevat betekent dit het volgende: Minimum hoeveelheid monster Vloeibare mestmonsters die minder dan de voorgeschreven 650 ml bevatten, mogen niet geanalyseerd worden en worden… Lees meer

Lees verder

Inzendtermijn voor mestgegevens bij RVO verlengd tot en met 13 februari 2015

Door netwerkproblemen op mijn.rvo.nl is was het niet altijd mogelijk  om de door RVO gevraagde gegevens in het kader van de Meststoffenwet door te geven. Daarom is de termijn voor het doorgeven van de betreffende gegevens verlengd tot en met vrijdag 13 februari 2015 Het gaat daarbij om: de aanmelding derogatie 2015 de aanvullende gegevens 2014 een reactie op de referentiegegevens 2013 voor de melkveefosfaatreferentie de voergegevens 2014. (bron: mijn.rvo.nl)

Lees verder

Aanmelden derogatie voor 1 februari 2015

Wie in 2015 gebruik wil maken van derogatie kan zich tot en met 31 januari 2015 hiervoor aanmelden. Dit kan via de pagina Derogatie op de site van RVO. Het tijdig aanmelden is slechts één van de voorwaarden waaraan u moet voldoen om voor derogatie in aanmerking te komen. Hieronder een overzichtje met de eisen die gelden voor deelname aan derogatie: U meldt zich voor 1 februari aan. U doet voor 1 februari opgave Aanvullende gegevens (over 2014). U betaalt het verschuldigde bedrag via een automatische incasso. Van de totale oppervlakte landbouwgrond die u op 15 mei bij uw bedrijf in gebruik heeft bestaat minimaal 80 % uit grasland. Met grasland… Lees meer

Lees verder