Op 22 december 2016 is de regelgeving gepubliceerd waarin de exporteurs vaste rundvee- en varkensmest na mestscheiding worden verplicht om hun transport materieel te hebben uitgerust mest AGR/GPS. Deze verplichting gaat in per 1 januari 2017. Langs verschillende kanten is met verbazing gereageerd op de korte termijn tussen de publicatie in de Staatscourant en de datum waarop de maatregel van kracht wordt. Ook al is deze maatregel eerder aangekondigd, de verplichting is pas definitief wanneer de wijziging van de Uitvoeringsregeling meststoffenwet ook als zodanig is gepubliceerd. In een aantal gevallen hebben exporteurs daarom gewacht met het nemen van maatregelen tot dit het geval was. Nu er maar 6 werkdagen zitten tussen de publicatie en de inwerkingtreding van de regelgeving zullen ze er… Lees meer
Lees verderMestverwerkingspercentages 2017 bekend
Door middel van een brief gericht aan de Tweede Kamer heeft Staatssecretaris Van Dam de percentages van het fosfaatoverschot dat veehouders in 2017 verplicht moeten verwerken bekend gemaakt. Deze percentages hebben betrekking op dat deel van de geproduceerde fosfaat die niet op een bedrijf zelf kan worden geplaatst. Een deel daarvan moet verplicht worden verwerkt of moet men verplicht laten verwerken. Het doel van deze verplichting is het bereiken van evenwicht op de Nederlandse mestmarkt. Jaarlijks worden de percentages verplichte mestverwerking vastgesteld op basis van actuele gegevens over de nationale fosfaatproductie en de plaatsingsruimte van fosfaat binnen de Nederlandse landbouw. De Commissie van Deskundigen Meststoffenwet stelt daartoe een advies opdat wordt getoetst in een klankbordgroep met sectorpartijen (LTO, NVV, NVP… Lees meer
Lees verderOnafhankelijke monstername bij dikke fractie verplicht in 2017
Al eerder berichtten we op deze site over het feit dat de internetconsultatie van de Wijzigingsregeling van de Uitvoeringsregeling is opengesteld. Hierin is onder andere opgenomen dat vaste mestmonsters van dikke fractie vanaf 2017 alleen mogen worden genomen door onafhankelijke monsternemers van een geaccrediteerde en erkende organisatie en niet meer door vervoerders zelf. De staatssecretaris wil deze regeling opnemen in de Uitvoeringsregeling Meststoffenwet (URM) en per 1 januari 2017 in werking laten treden. Met de nieuwe regeling willen de overheid en het bedrijfsleven de fraude met vaste mest terugdringen en de handhaving van het mestbeleid versterken. Onder de nieuwe regeling is onafhankelijke monstername bij de afvoer van dikke fractie na mestscheiding… Lees meer
Lees verderInternetconsultatie ‘bemonsteringssystematiek dikke fractie’ opengesteld
Op 16 juli jongstleden is een internetconsultatie opengesteld waarin een aantal wijzigingen aan de orde komen van de Uitvoeringsregeling Meststoffenwet die met name betrekking hebben op de bemonsteringssystematiek van vaste mest (dikke fractie). Met de wijziging van de Uitvoeringsregeling Meststoffenwet wordt de bemonsteringssystematiek van vaste mest (dikke fractie) aangepast. De bemonstering van vaste mest wordt tot op heden door de vervoerder uitgevoerd. Hierdoor wordt in de ogen van de overheid de betrouwbaarheid van de bemonsteringsuitslag onvoldoende gegarandeerd en wordt mogelijk geen representatief beeld van de totale vracht gegeven. In het 5e Nitraat Actie Programma (hierna: NAP) heeft Nederland toegezegd dat er een systematiek zal worden ontwikkeld waardoor de kans op foutieve bemonstering wordt… Lees meer
Lees verderStikstofgat: nadere onderbouwing vereist
Vooral in de sectoren waar de bedrijven beschikken over weinig – eigen – grond komt het regelmatig voor dat de verhouding tussen stikstof en fosfaat in de mestproductie hoger is dan de verhouding tussen stikstof en fosfaat in de afvoer van de geproduceerde mest. Dit betekent dat structureel geen volledige verantwoording van de stikstof kan worden gerealiseerd. Deze omstandigheid wordt het aangeduid met de term stikstofgat. Om voor dit zogenoemde stikstofgat te corrigeren, werd, op basis van een toezegging van de toenmalige minister Veerman, voor bedrijven met staldieren een extra correctie geïntroduceerd die is gebaseerd op de verhouding tussen stikstof en fosfaat in de productie van de mest en de geproduceerde hoeveelheid fosfaat.… Lees meer
Lees verderMineralenconcentraat als kunstmestvervanger
In de media wordt recentelijk volop gezinspeeld op een spoedige erkenning van mineralenconcentraat uit dierlijke mest als kunstmestvervanger. Ontwikkelingen in dit kader bewegen zich inderdaad in die richting, maar of dit op korte termijn zal resulteren in een feitelijke erkenning is maar zeer de vraag. Daartoe moeten nog een aantal hobbels worden genomen. Onlangs is een wijzigingsvoorstel voor de Europese meststoffenverordening gepubliceerd. Doel van dit voorstel is de eisen die aan meststoffen worden gesteld binnen de EU te harmoniseren. Dit met als achterliggende doel de handel in meststoffen tussen landen eenvoudiger maken. Dus de handel, niet het gebruik. In het voorstel wordt namelijk geen relatie gelegd met het gebruik van meststoffen,… Lees meer
Lees verderDashboard Meststoffenwet: Alle belangrijke cijfers in één oogopslag
De Meststoffenwet bestaat uit een verzameling regels en regelgeving. Aan elk van die regels moet worden voldaan. Maar het is ook regelgeving die onderling samenhangt: neemt het P-gehalte in het voer toe, dan neemt de fosfaatproductie door de dieren ook toe. Om aan de gebruiksnormen te kunnen voldoen zal dan meer mest moeten worden afgevoerd, minder mest kunnen worden aangevoerd of zal de eindvoorraad dierlijke mest toenemen. Maar ook neemt (wellicht) de verwerkingsplicht toe, zijn dan extra VVO’s nodig en kan misschien minder of juist meer kunstmest worden toegediend. Gaat het ergens mis dan kunnen de financiële gevolgen behoorlijk zijn: van extra vervangende verwerkingsovereenkomsten die onverwacht op het laatste moment nog moeten worden aangeschaft tot een aanzienlijke boete die… Lees meer
Lees verderOntheffing mestverwerkingsplicht alleen in uitzonderlijke individuele gevallen
Stel je start met een aantal veehouders een project om een mestverwerkingsinstallatie van de grond te krijgen. Door omstandigheden kost de feitelijke realisatie echter veel meer tijd dan verwacht. Dan maak je dubbele kosten: de inleg voor de ontwikkeling van de nog niet operationele verwerkingsinstallatie is al geïnvesteerd en je moet jaarlijks kosten maken om alsnog te voldoen aan de mestverwerkingsplicht. Een (tijdelijke) ontheffing van de mestverwerkingsplicht zou hier enige verlichting in kunnen bieden. Over deze kwestie deed het College voor Beroep van het bedrijfsleven (hierna: CBb) onlangs een uitspraak. Appellanten zijn enkele jaren gestart met een initiatief om te komen tot gezamenlijke mestverwerking en hebben daartoe een coöperatie opgericht. Het plan bevindt… Lees meer
Lees verderKan ik nog VVO’s registreren na afloop van een kalenderjaar?
In 2014 is de zogenaamde mestverwerkingsplicht ingevoerd. Deze verplichting geldt voor veehouders die met hun dieren meer fosfaat produceren dan op de bij het bedrijf geregistreerde grond mag worden geplaatst. Wanneer dat het geval is moeten deze veehouders, afhankelijk van de regio waarin ze zijn gevestigd, een deel van dit fosfaatoverschot laten verwerken. De mogelijkheden hiertoe zijn via rechtstreekse verwerking of export (vervoersdocument mest met opmerkingscode code 61), niet-rechtstreekse verwerking of export oftewel de zogenaamde driepartijenovereenkomst (afgekort: 3PO of DPO) of via de overdracht van de verwerkingsplicht naar een collega via een zogenaamde Vervangende Verwerkingsovereenkomst (afgekort: VVO). Op het niet of niet volledig voldoen aan de verwerkingsplicht staat een boete van 11… Lees meer
Lees verderAanmelden vrijstelling AMvB grondgebondenheid
Met de vrijstelling AMvB grondgebondenheid mag het gehele melkveefosfaatoverschot worden verwerkt. Met andere woorden een bedrijf hoeft geen extra grond te verwerven of de fosfaatproductie van het melkvee te beperken om aan de AMvB grondgebondenheid te voldoen. Voorwaarden voor vrijstelling Bedrijven kunnen gebruik maken van de vrijstelling AMvB grondgebondenheid wanneer het bedrijf voldoet aan de volgende voorwaarden: Het bedrijf meldt zich voor 1 februari 2016 aan voor de vrijstelling Het bedrijf stuurt voor 1 februari 2016 bewijsstukken op waarmee het bedrijf aantoont dat het bedrijf voor 30 maart 2015 financiële verplichtingen is aangegaan om het volledige melkveefosfaatoverschot te laten verwerken. Het bedrijf kan binnen 3 maanden na afloop van het kalenderjaar aantonen dat het bedrijf het volledige melkveefosfaatoverschot heeft laten verwerken door degene met wie het bedrijf de financiële… Lees meer
Lees verder